NK Junioren individueel. Bakx, Ter Laak en Esselink scoren metaal - Twentse atletiekschool

Ga naar de inhoud

Hoofdmenu:

NK Junioren individueel. Bakx, Ter Laak en Esselink scoren metaal

Wedstrijden > Overig
Tobias Bakx, Carlijn ter Laak en Marijke Esselink presteren uitstekend op NK AB Junioren

 15 Twentse junioren namen deel aan de Nederlandse kampioenschappen indoor in Apeldoorn

Voorafgaande aan het NK
Voordat je weet of je mee mag doen met de Nederlandse Kampioenschappen vindt er een screening plaats of je prestatie en afstand/tijd/hoogte voldoende is om mee te mogen doen. Voor een tal van atleten is het erg spannend omdat ze net wel of net niet mee mogen doen. Zo hadden Nienke van de Vegte en Susan Wouda voor twee nummers ingeschreven en mochten ze maar 1 nummer meedoen. Jerome Brunink staat als derde reserve op deelnemerslijst bij het verspringen en moet de komende week in de wachtkamer zitten op dit onderdeel of er afvallers/ geblesserden zijn zodat hij toch nog kan worden toegevoegd. Vlak voor het NK meldde Jerome Brunink zich af voor het verspringen omdat ie 3e reserve stond en niet voor niets naar Apeldoorn wilde afreizen op zondag.

Tobias Bakx was de grossier in Medailles. De atleet van AC Tion behaalde 2 medailles bij het hoogspringen en de 60 meter horden. Carlijn ter Laak van AC Tion kwam met 5,80 meter bij het verspringen wel heel dicht bij het goud maar moest genoegen nemen met het zilver. Marijke Esselink van Archeus haalde nam ook een zilveren medaille mee naar huis op de 60 meter horden. 


AC TION 
Carlijn Ter Laak  (MA) begon met de series 60 meter met een tijd van 8,04 sec. Een tijd die wat tegenviel maar na een week skieen voelen de benen toch altijd wat anders aan dan normaal. Deze serie werd wel gewonnen en bleek een goede warming up voor het verspringen. In ronde 1 liet de Ter Laak al 5,70 meter opmeten en hier zette de concurrentie na 3 rondes 5,47 Samuel en 5,46 voor Vels tegenover. Vels sprong beter en beter en kwam in ronde 6 tot 5,56 meter goed voor brons. Samuel trof de balk perfect en met ook een goede landing kwam er 5,81 meter op het scorebord. Ter Laak die eerder dit seizoen ook tot 5,81 meter kwam in het Duitse Rhede, trok de veters nog maar eens stevig vast voor de laatste sprong. De afzet was midden op de balk en de landing was goed, maar was het ver genoeg? Het scorebord gaf aan 5,80 meter, 1 cm te weinig, wel een mooie zilveren medaille en een goede uitgangspositie voor de 6 meter die de target zal zijn voor het buitenseizoen. 
De halve finale op de 60 meter ging al weer wat sneller 7,91 sec maar nog steeds voelde het niet optimaal. De finale bleek een stap teveel en met 8,13 sec werd een 8e plaats neergezet. 
Op zondag werd de 200 meter series gelopen in baan 6, de laatste bocht was lastig maar toch kwam er een tijd in de boeken van 25,81 sec die genoeg was voor baan 3 in de finale. In de finale ging het de eerste 100 meter goed maar toen was de koek definitief op. In een tijd van 26,18 sec werd een 6e plaats gehaald. Detail is dat de andere 5 finalisten tweede jaars A zijn.



Tobias Bakx (JA) zag zijn concurrenten 1 voor 1 afhaken om diverse redenen. Dion van Kessel was huizenhoog favoriet, hij sprong de week ervoor reeds 2,09 maar de plaatsen erachter waren vacant. Tobias Bakx was erg gemotiveerd  begonnen en sprong vanaf 1,75 meter tot 1,90 meter alles in de eerste poging. Voor 1,93 meter had hij twee pogingen nodig . Toen de lat naar 1,96 meter ging werd er op de tribune al feest gevierd, Tobias zelf kwam niet veel later met de handen omhoog, brons was binnen. Branco Kranenburg  sprong in de tweede poging een persoonlijk record van 1,96 (was 1,93) en bij Tobias miste nipt deze hoogte.
Op zondag werd er 60 meter horden gelopen. Bakx liep in zijn serie een persoonlijk record van  8,46 sec met de wetenschap dat het nog harder kon. In de finale kwam Bakx uitstekend uit de startblokken en liep in op Wessel Boons van Daventria. Na een goede finisch moetst de foto uitwijzen wie zilver en wie brons veroverde. Boons kwam tot 8.343 en Bakx tot 8.350 sec.
Met twee Bronzen Medailles een uiterst succesvol NK voor Tobias Bakx

Sergio Ruiz Lopez (JA) was als 8e geplaatst bij het Hink Stap Springen met een afstand van 12,66 meter. Lopez verbeterde zich sprong na sprong en kwam in de zesde poging tot een nieuw persoonlijk record van 12,67 meter en werd hiermee 7e van Nederland.

James Keuben(JB) kampte dit jaar met knieproblemen en is was hiervan hersteld. In de series van de 60 meter kwam hij tot een persoonlijk record van 7,72 sec hetgeen 0,03 sec te weinig was voor een halve finale plaats. Op de 200 meter verbeterde Keuben zijn persoonlijke record en zette een tijd neer van 24,60 sec die goed bleek te zijn voor een 17e plaats.


Minerva Bron (MA) stond nog op de startlijsten maar meldde zich te laat af op de 400 meter waardoor ze waarschijnlijk nog een boete tegemoet kan zien van 25 euro. Bron raakte geblesseerd tijdens een training aan haar bovenbeen maandag, en kon niet van start gaan.

MPM

Siem Sikkenga (JA) kende een geweldig begin van het indoorseizoen door in Dusseldorf een tijd neer te zetten van 7,02 sec. Kort daarna liep hij een hamstring blessure op en 5 weken daarna nog een keer. 
In de series liep Sikkenga zeer onspannen en op indrukwekkende wijze naar een goede 7.15 sec. In de halve finale werd er iets teveel gespannen gelopen. 10 meter voor de finisch voelde Sikkenga al iets opkomen en op de finischlijn sloeg en noodlot toe. Sikkenga: "balen natuurlijk, weer die hamstring, 7,13 sec in de halve finale maar het kan zoveel sneller nog, herstellen en op naar het buitenseizoen".


Jerome Brunink (JA) was als 10e geplaatst bij het onderdeel hink stap springen met een afstand van 12,31 meter. In de tweede poging kwam hij tot 12,18 meter waarmee hij nipt buiten de finale zat, 9e plaats. Volgende voor Brunink  is een 10 kamp outdoor.

Sander Klaver (JA) was als 15e geplaatst bij het kogelstoten. Klaver die dit jaar een beste afstand van 11,15 meter had staan kon deze afstand niet evenaren en kwam tot een beste worp van 10,90 meter. Klaver: "ik had geen gevoel en controle over de kogel, dat ik vorige week ziek ben geweest was hier zekers debet aan."
         
Jorieke Korenromp (MA)  verraste vorig jaar met een vierde plaats op de 400 meter en wist toen haar beste tijd aan te scherpen met meer dan twee seconden. Deze winter gooide echter roet in het eten met een voetblessure die langer aanhield dan verwacht. In januari werd de training weer rustig opgepakt. Voor een 400 meter indoor bleek het te vroeg maar in de series van de 60 meter werd een tijd neergezet van 8,19 sec. In de halve finale ging het met 8,15 sec zelfs nog sneller en deze tijd bleek goed voor een verbetering van 0,02 sec van haar persoonlijke record. Op de 200 meter was Korenromp met 25,99 sec nog nooit sneller. Dit leverde een plaats op in de finale. In de finale werd ze 5e met 26.13 sec     

              
        Ruben Smink (JB) twijfelde lang of ie moest inschrijven (eerste jaars en weinig kansen) maar op de training ging het reeds zover dat er toch werd ingeschreven. Het talent van Borne stond met een afstand van 12,26 meter als 14e op papier. In de wedstrijd wierp hij 12,24 meter slechts een fractie minder maar dit leverde wel een 13e plaats op. Controle bij de fysio een dag later bleek er toch een scheurtje te zitten in zijn hamstring (foute diagnose) en dit zal de oorzaak zijn waardoor hij niet voluit kon werpen.

AV Goor:
Susan Wouda (MB) deed mee op het onderdeel 800 meter. Doel was het verbeteren van haar beste prestatie, 2.43.26 min. En dat lukte met een tijd van 2.43.08 min.

Archeus:

Marijke Esselink (MB) ging vol vertrouwen naar het toenooi met een gouden meerkamp medaille reeds op zak dit seizoen. In de serie 60 meter kwam Esselink al dicht bij haar persoonlijke record van 8,16 sec (8,21). In de halve finale lukte dit wel met 8,13 sec. Deze tijd bleek de 9e te zijn en zo viel ze nipt buiten de finale. Op het onderdeel kogelstoten kwam Esslink vlak bij de 14 meter grens. Met een afstand van 13,88 meter kwam ze nog nooit verder. Bij de 60 meter horden waren er meer kansen toegedicht hoewel veel dames tradioneel erg dicht bij elkaar zitten.In de serie liep Esselink naar een persoonlijk record van 8,82 sec. In de finale ging het iets langzamer met 8,87 maar dit bleek ruim voldoende voor een zilveren medaille.

          Arthur Vuijk (JB) liep reeds een goede 7,76 sec dit jaar maar kreeg een DIS achter zijn naam doordat hij vals startte.

Rijssen: 

Marc Averesch (JA) stond als 8e geplaatst met een tijd van 2.01.01 min. In de series werd 2.03.30 min genoteerd. Op zondag kwam hij niet aan de start van de finale DNS(reden onbekend)

ASV: 

Nienke van de Vegte (MB) deed mee op de 60 meter waar ze een beste tijd heeft staan van 8,38 sec. In de series kwam ze tot 8,53 sec en was uitgeschakeld voor de halve finale.


 
 
Terug naar de inhoud | Terug naar het hoofdmenu